De ontwikkelingen in de landbouw worden bepaald door de ontwikkelingen in de voeding. Op deze pagina artikelen die de trends en perspectieven weergeven. De grote lijn daarin is dat dierlijk eiwit plaats maakt voor plantaardig eiwit. Ook zal moeten maken als we de wereld gevoed willen houden. Deze pagina is echter geen pleidooi voor dierloze landbouw. In tegendeel, het dier heeft in de landbouw een zeer waardevolle rol.
Veel meer lezen over voeding in relatie tot landbouw, klimaat en voetafdruk? Ga naar https://www.foodlog.nl/ , een organisatie met een onderzoekende en zeker ook blik op de ontwikkelingen op gebied van voeding, landbouw, gezondheid en klimaat.
…………………..
Imke de Boer, hoogleraar veehouderij bij Wageningen UR, heeft een heldere visie op het aandeel van vee in de landbouw en de consumptie van dierlijk eiwit die daar bij past. Lees daarover in een artikel dat verscheen in 2016 verscheen in De Bedrijfsadviseur, uitgegeven door Agri Vaknet.
Foodlog
‘80% landbouwgrond gebruikt voor dierlijke productie’
Overgenomen van de website van foodlog. Het is een artikel uit 2014, maar de ontwikkelingen wereldwijd zijn nog niet veel anders dan toen. In Nederland is inmiddels een stevige ontwikkeling richting plantaardig eiwit in gang. Dat Vion in de wereld van vegetarische producten is gestapt is een niet te ontkennen trendsignaal.
80% van de landbouwgrond wordt gebruikt voor dierlijke productie. Dat stelt het World Watch Institute dat de wereld duidelijk wil maken dat vlees vanzelf heel duur wordt als we er niet zuiniger mee om gaan.
Recordvleesproductie in 2013
De
wereld heeft nog nooit zoveel vlees geproduceerd als in 2013, volgens
cijfers van de Food and Agriculture Organization (FAO): 308,5 miljoen
ton. Dat is een vervierdubbeling in de afgelopen 50 jaar, of 25 keer
zoveel als in 1800.
Ondanks dat vlees duurder is geworden, zijn we
er toch niet minder van gaan eten: Gemiddeld was de vleesconsumptie in
2013 42,9 kilo per wereldburger. Maar dat is ongelijk verdeeld: in de
industriële landen ligt de vleesconsumptie op 75,9 kilo per capita,
tegen 33,7 kilo karkasgewicht per inwoner in zich ontwikkelende landen.
80% van het landbouwareaal
Bijna
70% van het landbouwareaal wordt gebruikt om dieren te laten grazen, en
nog eens 10% om gewassen te verbouwen die voor veevoer gebruikt worden.
Rundvleesproductie is het minst effectief: 60% van ’s werelds
landbouwgronden wordt daarvoor ingezet maar rundvlees levert
uiteindelijk nog geen 5% van ’s werelds eiwitten op, zegt uit het
rapport.
Zorgelijk: water en antibiotica
Andere
zorgelijke ontwikkelingen bij de wereldvleesproductie zijn het
waterverbruik en gebruik van antibiotica. De landbouw gebruikt
wereldwijd 70% van het beschikbare water, en daarvan wordt een derde
gebruikt om veevoergewassen (granen) te verbouwen. Voor een kilo
rundvlees is meer dan 15.000 liter water nodig. Voor een kilo rijst,
eieren of aardappelen is dat respectievelijk 3.400, 3.300 en 255 liter.
Van alle granen die wereldwijd verbouwd worden, gaat 40% naar de
vleesproductie. Mens en dier zijn daarmee elkaars directe concurrenten,
schrijft Michael Renner, de opsteller van het rapport.
In de vleesindustrie wordt nog altijd grootschalig gebruik gemaakt van antibiotica: als groeibevorderaar en preventief tegen ziekten in de intensieve veehouderijen. In 2011 werd in de VS alleen 13.600 ton (!) antibiotica ingezet in de vleesindustrie – voor mensen was dat 3.500 ton. Naar schatting wordt in China overigens meer dan 100.000 ton antibioca gebruikt in de vleesindustrie.
Wat te doen
Het
rapport pleit voor een aantal alternatieven om de huidige impact van de
vleesproductie op het milieu en onze gezondheid te verminderen.
‘Oplossingen als het overstappen op gras en andere planten in plaats van
graan, natuurlijke mest in plaats van kunstmest en een einde aan de
intensieve industriële veehouderij zijn een eerste stap. Maar bewust
kiezen voor wat we eten maakt ook een groot verschil. Tot het moment dat
bredere ingrepen het vleesproductiesysteem veranderen, betekent minder
vlees eten, of ander vlees (met een kleinere impact, bijv. kip en
varken) eten ook al kiezen voor een minder bronnen-uitputtend leven’,
aldus WorldWatch.